De beste

De ene nacht staar ik naar het plafond terwijl ik denk aan hoe fucked up het huidige economische, politieke klimaat is. De volgende woel ik wanhopig omdat ik niet kan stoppen met denken aan Dat Ene Domme Ding Dat Ik Een Jaar Geleden Deed. If you know, you know. Wat ik nu schrijf valt 100% in die laatste categorie.

Ik volg iemand echt al járen op social media. Het begon ooit op Twitter – toen je daar gewoon nog in 140 tekens kekke woordgrapjes maakte – en verschoof langzaam naar Instagram. Het voelde een beetje als trespassen, in iemands leven infiltreren. Van gebbetjes over de bondscoach en boekaankondigingen naar foto’s en filmpjes van familiegebeurtenissen. Zo’n kijkje in ’t leven van iemand die je niet kent voelt soms gewoon ongemakkelijk intiem. Maar de wekelijkse foto van troosteloze taferelen in Amsterdam Noord en filmpjes van het leven in Tokyo deden de awkwardsness als sneeuw voor de zon verdwijnen.

Het maakte plaats voor verwondering. Iemand zó bezig zien zijn met creëren van authentieke shit deed gewoon wat met me. Hij bracht een boek uit, maakte muziek, had een piemeltekeningententoonstelling, speelde in films en had daarnaast een supercute stel kinderen en een prachtige vrouw. Zonder dat ik het doorhad, veranderde ik in een fan. Niet dat ik nu een poster van de beste man boven m’n bed heb hangen, maar gewoon weten dat zo’n gedreven iemand dezelfde straten bewandelt als ik, doet me dromen over eenzelfde pad.

Je weet hoe men zegt dat je je idolen nooit in het echt moet ontmoeten, toch? Een echt persoon kan nooit voldoen aan het geromantiseerde beeld dat jij bij elkaar hebt gefantaseerd. Daarnaast: social media is natuurlijk het toppunt van eigenpijperij. Altijd die selfie in dat lekkere licht, nooit die groepsfoto waar je vriendin hot op staat maar jij je een zak aardappelen voelde. In dit geval was ík degene die ’t helemaal verneukte.

Ik ontdekte een spelfout in een caption. Iedereen z’n authentieke zelf, niemand perfect. En dat is helemaal hoe ’t hoort zijn. Wie ben ik om daar commentaar op te geven? Maar nu dacht ik: shit, deze post kondigt Iets Groots aan. Oké, misschien toch even zeggen. Maar hoe pak je zoiets aan?

Uiteindelijk schreef ik iets over dat ik niet betweterig over wilde komen en ik het volgende zeker niet met Een Toontje (we kennen ‘m allemaal) zei, maar dat er een type-oh in z’n tekst stond. Gelijk een berichtje terug dat hij dat soort fouten vreselijk vond en een bedankje voor de heads up. Nou, top. Afgehandeld. BEHALVE DAN DAT IK HET, MET M’N HOOFD, NODIG VOND OM TOCH NOG EEN SOORT VAN GERUSTSTELLEND BERICHTJE TERUG TE SCHRIJVEN. Waarom ben ik zo? Ik weet het ook niet.

Ik schreef dus terug: “Ah joh. Overkomt de beste.” En ja, zoals je ziet… DAAR MIST EEN –N. Waarmee ik wel gelijk m’n punt maakte, maar niet per sé hoe ik dat wilde. Lever dat diploma Nederlands maar weer in, dacht ik voordat ik het briljante idee had om ’t berichtje gewoon te verwijderen en zonder spelfout te sturen. Maar helaas, hij had ’t al gelezen en beloond met een hartje. Waarvan iedereen weet dat het de ultieme conversatiestopper is. Ai. Wat kon-ie ook anders? Míj weer wijzen op m’n fout?

Terwijl ik dit schrijf, weet ik ook wel dat er véél ergere dingen zijn. Ik had iemands hele familie kunnen beledigen in één joke of jarenlang moedwillig een ernstig racistisch systeem ontworpen en in stand gehouden hebben, waardoor een hele generatie kinderen en ouders onnodig in diepe armoede werden gedwongen (hallo Belastingdienst, lezen jullie mee?). Maar helaas kies ik er niet voor welke gedachten er in m’n bovenkamer bivakkeren zonder huur te betalen.

Iedere keer dat dit – of een ander dom – voorval door m’n hoofd gaat, moet ik mezelf aan ’t lachen maken. Ik maak ervan dat hij al jaren fan is van van míjn woordgrappen en filmpjes van de hoofdstad. Want in dat geval heb ik namelijk helemaal voldaan aan een verwachting. Namelijk die van een ontmoeting met je idolen. Je schept je eigen realiteit!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *